Doel van het spel
Doorheen het spel punten verdienen en je opbouw zo maken dat je op het einde van het spel veel punten kan binnenhalen. De speler met de meeste punten wint het spel.
Setup
Vooraleer we de eerste keer spelen, zetten we de tempelkoepel in elkaar, zoals aangegeven op de handleiding. De kaderdelen komen in het midden van de tafel en worden aan elkaar gepuzzeld. Het kader moet zo liggen dat iedereen een bouwmeesterspoor voor hem heeft liggen.
De bodemtegels worden gesplitst volgens nummer en geschud. Degene met nummer één worden open geplaatst in het gebied aangegeven door de kader. De stapel met nummer '2' wordt geplaatst op '3' en die stapel op '4', zodat we een grote gedekte trekstapel bekomen.
De bouwkaarten worden ook gesplitst volgens nummer. Degene met nummer '1' worden op '2' geplaatst, dan op '3' en dan op '4'. Deze vormen een gedekte trekstapel die naast het speelgebied geplaatst wordt. Er worden hier vier kaarten van getrokken en deze vormen het aanbod. De zegenkaarten worden geschud en vormen een trekstapel naast het speelgebied. Er worden hier twee kaarten van open gelegd. Speel je met twee, dan worden er twee kaarten met een bepaald symbool uit deze stapel gehaald.
Iedere speler kiest een kleur en ontvangt hiervan de 18 ijsblokken, 1 markeersteen die we plaatsen op het bouwmeesterspoor en 1 scoreschijf die we op '0' plaatsen op het scorespoor. In een spel met twee spelers wordt er een derde kleur gekozen en de ijsblokken verdeeld over de spelers - elk 9. Als je met vier speelt, neem je slechts 13 ijsblokken en worden de slotkaarten erbij gehaald. Eén van de zes wordt getrokken, de andere vijf gaan dan terug in de doos. Elke speler legt één ijsblok op deze kaart. De andere vier heb je niet nodig dit spel.
Iedere speler ontvangt één overzicht en de 100/200 fiches worden in de buurt geplaatst. Er wordt een startspeler gekozen.
Spelverloop
De actieve speler doorloopt enkele fasen tijdens zijn beurt.
Eerst en vooral wordt er een bouwkaart genomen. Deze kaart komt in het speelgebied van de speler terecht. De bouwkaarten worden steeds per type/kleur geplaatst zodat snel duidelijk is hoeveel kaarten men heeft, van welk type. De actieve speler mag geen kaart nemen van een symbool dat niet zichtbaar is in het speelgebied. In het geval dat er geen enkele kaart overeenstemt met de symbolen in het speelgebied, gaan die in de desbetreffende stapel, wordt deze apart geschud en opnieuw op de stapel geplaatst. Als de kaarten bijvoorbeeld op de achterzijde '3' hebben, worden deze samen met de '3'-kaarten van de trekstapel geschud, en dan opnieuw op de '4'-stapel gelegd. Er worden dan opnieuw vier kaarten getrokken die het aanbod vormen.
Nadat de kaart is gekozen en geplaatst in het speelgebied, zal de actieve speler een ijsblok plaatsen op een bodemtegel, overeenkomstig met het symbool van de gekozen kaart. Is de gekozen kaart een arbeider? Dan mag de actieve speler een vrije bodemtegel - waar nog geen ijsblok op staat - vervangen met een arbeiderstegel. De ijsblok wordt geplaatst op de arbeiderstegel. Is de gekozen kaart een nestor? Dan mag de speler na het plaatsen van zijn ijsblok een zegenkaart kiezen. Van deze zegenkaarten zijn er drie types: het effect gaat onmiddellijk in, je mag het effect één maal activeren en dan afleggen, en een effect dat ervoor zorgt dat je op het einde van het spel extra punten krijgt.
Na het plaatsen van een ijsblok moeten we de ondersteuningsblokken controleren. Wanneer we een ijsblok plaatsen op de onderste laag, is dit niet van toepassing. Dit betekent dat je dit enkel moet controleren vanaf de tweede 'laag'. De actieve speler ontvangt één punt per ondersteunings(ijs)blok van zijn kleur, op de tegel waar hij net zijn ijsblok heeft op geplaatst.
Daarna wordt gecontroleerd of er een rij is afgesloten. Als de actieve speler een rij of kolom vervolledigd heeft, gaat hij één stapje vooruit op het bouwmeesterspoor. Het kan zijn dat als hij zowel een rij als kolom afsluit, hij twee stapjes vooruit gaat. Dit is van belang voor de puntentelling op het einde van het spel. Op het bovenste niveau geldt deze regel echter niet, omdat het bouwvlak bestaat uit slechts 4 bouwtegels (2x2).
Daarna wordt gecontroleerd of er een vierkant is voltooid. De actieve speler neemt dan een bouwtegel van de trekstapel en plaatst die op de vier ijsblokken. De speler met de meeste ijsblokken in het vierkant krijgt vijf punten, de daaropvolgende speler krijgt twee punten. In het geval van gelijkstand krijgt de actieve speler het hogere aantal punten. Bij gelijkstand voor de tweede plaats, waar de actieve speler niet bij betrokken is, krijgt elke speler één punt. In het geval met vier spelers, als elke speler één ijsblok in het vierkant heeft, ontvangt enkel de actieve speler vijf punten en al de rest krijgt geen punten.
Op het einde van de speelbeurt trekt de actieve speler één bouwkaart, zodat er weer vier in het aanbod liggen. In het geval dat de actieve speler een nestorkaart heeft, trekt hij ook eentje van de trekstapel, zodat er weer twee in het aanbod liggen. Het is dan aan de volgende speler in wijzerzin.
Het einde van het spel wordt ingeluid wanneer alle spelers geen blokken meer hebben en het bovenste niveau is gebouwd. In een spel met vier spelers zullen er nog twee beurten vallen. Wanneer de spelers geen ijsblokken meer hebben, wordt gekeken naar de slotkaart. De twee spelers die aan het criterium - of bij gelijkspel criteria - voldoen, krijgen elk nog een beurt.
De speler die de meeste ijsblokken op de bodemtegels aan de buitenkant heeft geplaatst krijgt 7 punten extra en mag de tempelkoepel plaatsen. In het geval van gelijkstand wordt gekeken naar de ijsblokken aan de buitenkant van de onderste laag. In geval van gelijkstand naar de tweede laag enzovoort. Als het steeds eindigt in gelijkstand, krijgt niemand de zeven punten en zal de laatste actieve speler de tempelkoepel plaatsen.
Daarna gaan we over naar de telling van de bouwkaarten:
- De speler die de meeste arbeiderkaarten heeft ontvangt 20 punten. Is er gelijkstand, dan krijgt elke speler die gelijkstand heeft 12 punten. Elke andere speler ontvangt 2 punten per arbeider.
- Overeenkomstig met het aantal ijssnijders krijgen de speler de overeenkomstige punten, die vermeld staan in een tabel.
- De spelers krijgen punten voor het aantal ambachtslieden met eenzelfde soort gereedschap - staat in een tabel - en 10 punten voor elke volledige set van drie verschillende soorten gereedschap.
- De spelers krijgen punten voor het aantal lastdierkaarten, vermenigvuldigd met het aantal afgebeelde lastdiersymbolen.
- De spelers ontvangen een aantal punten gelijk aan het aantal bouwmeesterkaarten en de positie op het bouwmeesterspoor. Staat de marker niet op een veld met een punt, dan schuift die naar links naar een veld waar wel een waarde op staat.
- Elke nestorkaart toont symbolen van twee andere type kaarten. Elke speler krijgt één punt voor elke kaart die overeenkomt met de afgebeelde symbolen.
- Elke speler ontvangt 2 punten per ongebruikte zegenkaart.
- Elke speler krijgt 10 punten per set van zes verschillende soorten kaarten.
- De zegenkaarten waarmee je punten scoort tijdens de eindtelling worden ingezet.
De speler met de hoogste score wint het spel. Bij gelijkstand wint de speler die de meeste ijsblokken op de buitenste tegels van de tempel heeft geplaatst. In geval van gelijkstand delen de spelers de overwinning.
Twee spelers
Met twee spelers wordt er een virtuele speler geïntroduceerd. Deze stelt de derde kleur voor waarvan de ijsblokken in het begin van het spel verdeeld werden. Iedere speler vormt sets met deze blokken: twee blokken van de speler en één van de virtuele speler. De spelers gebruiken elke keer alle blokken van een set, vooraleer over te gaan naar de volgende.
Elke keer een speler een kaart kiest uit het aanbod, moet hij die toewijzen aan zichzelf, of aan de derde speler. Als de speler een kaart toewijst aan de virtuele speler, dan gaat die naar de aflegstapel, tenzij het om een arbeider gaat - die dan een invloed zal hebben op de eindtelling. Pas na het plaatsen van de derde ijsblok van een set, wordt er overgegaan naar een andere set.
Nunatak kan je ook solo spelen. Er wordt dan gebruik gemaakt van twee dummyspelers en enkele zegenkaarten worden uit het spel gehaald. Enkel de markeersteen en de ijsblokken zijn nodig van deze dummyspelers. Het aanbod wordt anders geschikt en op basis van de ligging zullen de dummyspelers kaarten nemen. De ijsblokken worden zo geplaatst dat deze spelers het meeste punten zouden verdienen. Er zijn nog enkele andere tweeks, maar die kan je vinden op de laatste bladzijde van het regelboek.
Materialen
Er zijn een hele hoop componenten, uit verschillende materialen, in het spel aanwezig. We hebben de plastic ijsblokken die bij de eerste speelbeurt wel nog wat aan elkaar kunnen 'plakken', omdat die niet goed 'afgesneden' zijn. Het ging bij ons echter om een minimum van blokken. De kartonnen componenten zijn degelijk en voldoende dik. De kaarten zijn van standaardgrootte -en kwaliteit. De doos mocht gerust wat hoger, want er is een kartonnen scheiding voorzien, maar hoe je de componenten optimaal plaatst moet je zelf wat uitvinden en past nooit echt. Als de doos wat hoger of groter was, kregen de kaarten ook hun eigen compartiment.
Conclusie / Onze mening
Nunatak is een spel waar je opbouwend - letterlijk - moet werken. In het begin zullen de spelers nog maar weinig tactiek hebben, maar naargelang het spel vordert zal je, rekening houdend met de eindtelling, toch een bepaalde koers moeten varen. Elk type kaart heeft zijn eigen sterkte wanneer je er punten voor scoort. Je ijsblokken moet je zo plaatsen dat je weinig speelruimte geeft aan de tegenstander en als je wil gaan voor de bouwmeesterkaarten ga je best ook zoveel mogelijk rijen en kolommen afsluiten. Verschillende tactieken dus waarmee je punten kan scoren. Alles hangt af van het aanbod, maar vooral wat je tegenspeler onder je neus zal wegkapen.
Het spel komt hier op de tafel met drie of vier spelers. Het spel met twee spelers, en het invoeren van de virtuele derde speler, is een mechanisme dat we hier liever niet hebben. Het was dikwijls zo dat in de set van drie ijsblokken onze derde blok steevast die van de virtuele speler was, omdat je, zoals elke speler wel wat is, liever zelf de punten scoort. Het ingevoerde mechanisme met de eindkaart voor vier spelers stoort zeker niet en voegt nog een extra tactisch element toe, iets wat we zeker kunnen toejuichen. Doorheen het spel bouwt de tempel zich op, en het is mooi om te zien waar de inspanning naartoe leiden. Veel spelersinteractie is er niet, tenzij het wegkapen van kaarten en het misschien plaatsen van die ijsblokken waar jij liever de jouwe zag. Het heeft veel weg van een groot puzzelspel, waarbij je met de stukken er het beste moet van maken, en hopelijk de meeste punten overhoudt op het einde van het spel.
Overzicht
Speelduur | 45 minuten |
Aantal Spelers | Eén tot vier |
Moeilijkheidsgraad | Gemakkelijke gameplay, winst is afhankelijk van de tegenstanders |
Voor wie? | +10 en dat is terecht |
Wij danken 999 Games voor het ontvangen van een reviewexemplaar.
Onze mening is subjectief en op geen enkele wijze beïnvloed.